Tagarchief: helper

Psalm 124 – De HEER Heeft Ons Geholpen

Bijbeltekst

Een pelgrimslied van David.

1: Was de HEER niet voor ons geweest, – Israël, blijf het herhalen –
2: was de HEER niet voor ons geweest toen de mensen zich tegen ons keerden,
3: ze hadden ons levend verslonden, zo hevig was hun woede.

4: Dan had het water ons meegesleurd, de stroom ons overspoeld,
5: wij zouden zijn overspoeld door het ziedende water.

6: Geprezen de HEER, die ons niet ten prooi gaf aan hun tanden:
7: wij zijn als een vogel ontsnapt uit het net van de vogelvangers, het net is gescheurd en wij, wij zijn ontkomen.

8: Onze hulp is de naam van de HEER die hemel en aarde gemaakt heeft.

Uitleg Tekst

David schreef deze psalm waarschijnlijk na een voorval waarbij het volk van Israël gered werd door God voor een verschrikkelijk gevaar dat hun hat kunnen uitroeien. Wat voor gevaar dit was, kunnen we niet uit de psalm halen. Wat we wel zien is dat David aan het volk wil kenbaar maken dat deze redding van het gevaar enkel te danken is aan God en zijn werk is. Hijzelf neemt er geen eer voor, en legt de eer volledig onder de krachtige en machtige beschermde God. Dit moeten ze blijven herhalen en kenbaar maken onder heel het volk.

“1: De HEER heeft ons geholpen. Kom, maak dat overal bekend!” – Bijbel in Gewone Taal

  1. David vermeld in wat voor gevaar hun volk was terecht gekomen en de gevolgen dit voor hun had kunnen hebben (v1-5)
  2. David geet God alle eer voor de ontsnapping aan dit kwaad (v6-7)
  3. David haalt moed uit het feit dat ze God kunnen vertrouwen (v8)

Zo mogen we ook weten dat Jezus Christus ons verlost heeft van alle gevaar en we hem mogen vertrouwen op het knappe werk om ons te beschermen. Het grote werk van de genade van Jezus Christus van dewelke we verlost zijn van de krachten van de duisternis

Weer een lied van graden van David

Tekst uit Bijbel in Gewone Taal

De tekst uit de Bijbel in Gewone Taal gebruikt andere woorden en zinnen en laat ons zien wat er bedoelt wordt met de vergelijkingen die David maakte naar wat dat hen overstroomde, tanden van een dier, vogel die niet in de val van een vogelstrik raakte.

2: De Heer heeft ons geholpen toen onze vijanden ons aanvielen.
3: Anders hadden ze ons vernietigd, zo woedend waren ze.
4: Anders hadden ze ons overwonnen en ons weggehaald uit Israël.
5: Anders hadden ze ons verslagen en bestonden we niet meer.

6: Dank de Heer! Hij liet onze vijanden niet overwinnen.
7: Wij zijn aan hen ontsnapt, zoals een dier ontsnapt aan de jager. Onze vijanden probeerden ons te grijpen, maar wij zijn weggevlucht.

8: De Heer is machtig, hij helpt ons altijd. Hij heeft de hemel en de aarde gemaakt.

Uitleg bij Tekst

V1-5 Het Volk verkeerde in Groot Gevaar

Het volk van God wordt hier opgeroepen om God te eren voor hun bevrijding. Ze moeten letten op het volgende:

  1. De boosaardigheid die mensen kunnen hebben, waardoor ze tot de rand van de ondergang waren gebracht. Er was misschien slechts maar een kleine stap tussen hen en de dood. Men zegt ook vaak “Hoe wanhopiger de ziekte lijkt te zijn, des te meer komt de vaardigheid van de arts naar voren die er in slaagt je te genezen.” Hoe groot was de redding van God dan niet om hen van de dood af te houden en te redden! Toen het gevaar er aankwam, waren het mensen die het tegen hun eigen soort opnam en zelfs uit waren op hun vernietiging. Van mensen zelf zouden we menselijkheid moeten verwachten, echter zijn er mensen die hun intenties echt onmenselijk en gruwelijk zijn. Maar wat was er dan zo gaande bij deze mensen die het volk van Israël volledig wouden vernietigen? Welke hevige woede had hen zo tegen hun gekeerd v3)? Hun woede was blijkbaar zo groot dat er niets minder was dan heel het volk van Israël kapot te maken en te vernietigen… dat was het enige waar ze nog mee bezig waren. Hun woede werd ontstoken als vuur dat klaar was om Israël te verteren. Ze waren trots en goddeloos en door hun hoogmoed vervolgden ze het volk van God. Daar zal zeker de Duivel weer hebben achtergezeten die een soort jaloersheid of diepe onvrede naar boven liet komen bij deze mensen om hun woede aan te steken. Deze mensen konden misschien niet snappen hoe dit arme volk toch een vrede over hun dankzij God die zij niet hadden. Hoe dit volk eigenlijk een spiegel van henzelf toonde en zagen dat ze niet waren zoals ze moesten zijn. Een grote confrontatie van zichzelf die ze in het volk zagen dat ze niet aankonden. En in plaats van spijt te tonen en zichzelf te veranderen, wouden ze liever deze spiegel die het volk hun voorhielt vernietigen. Om zo niet te hoeven kijken elke dag naar hun eigen grote zonden. De duivel is listig.
    Als we ook kijken naar hoever het gewaar ging, dan ging dit echt wel tot de mogelijke uitroeiing van gans het volk van Israël. Dit had dus kunnen gebeurd zijn als de vijand nog een kleine stap verder had kunnen gaan als God niet voor hun wonderlijke redding had gezorgd. Je kan het hier bijna vergelijk met de genocide van de Joden tijdens de 2de Wereldoorlog. In Vers 3 lezen we dat ze hadden kunnen opgegeten worden als een lam opgegeten wordt door een leeuw. Niet enkel geveld en achtergelaten, maar volledig opgegeten en verteerd zodat er niets van rest zou zijn overgebleven. Ze waren dus bijna levend verslonden en in één hap snale opgegeten, zonder dat ze het misschien wel hadden beseft. Een andere vergelijking die ze geven: “Zehadden moeten worden overstroomd als de lage gronden door een landvloed of het zand door een hoog springtij.” Misschien zelfs net zo als een Tsunami ineens alles meeneemt op het land (v4-5).

Er staat geschreven dat het water over hen heen zou gestroomd zijn. Maar over wat van hen zou het gestroomd zijn? Over hun ziel, hun leven, hun comfort van leven, over alles wat hun waarschijnlijk dierbaar was. In de Goede Nieuws Bijbel staan de verzen zo geschreven

“4: Dan hadden de wateren ons overspoeld en was een woeste stroom over onze ziel gegaan, 5: dan waren de onstuimige wateren over onze ziel gegaan.”

God laat de vijanden van zijn volk soms zeer ver overheersen, en het lijkt of hij ze helpt of hen bijstaat, maar dat is soms maar voor één reden. Zodat zijn eigen macht des te meer zal schijnen in de verlossing van zijn volk. De vijanden zullen dan ook des te meer zijn eer ineens moeten erkennen

2. De psalm toont hier de goedheid van God. Hij verloste hen van een onmogelijke situatie waarin ze bijna compleet uitgeroeid waren. Hij gaf hun niet over aan hun prooi. God was aan hun zijde en Hij nam zijn deel op om hen te helpen. Hij was met hun en niet enkel voor hun, maar onder hun en leidde het volk uit de verwoesting die bijna over hen kwam. En hun redding is enkel en alleen dankzij God wiens kracht zoveel sterker is dan eender welke mogelijke vijand. De vijanden waren volledig overmachtigd door de kracht van de Heer die hun plannen opeens allemaal van tafel veegde. Daarom moet het volk wiens God, God, Jehova is, blij zijn. Een al voorzienende God voor zijn volk. Daarom moet Israël en iedereen die gered is door God, dankzij zijn zoon Jezus, het uitroepen dat het enkel allemaal door HEERE is. “Als de Heere niet bij ons was geweest, zeg dat toch, kinderen van hem, als de Heere niet bij ons geweest was, dan zouden we niet meer levend zijn”. Dankzij Hem hebben we leven gekregen!

Vers 6 – 8

Hier krijgen we door de psalmist David meer inzage in de groote van de bevrijdiging die God voor zijn volk bekrachtigde.

  1. “Geloofd zijn de Here”. Het hart van Israël mag vergroot worden in de dankbaarheid naar hun God die hen redde. God is eigenlijk altijd de auteur van alle bevrijdingen die ze meemaakte, en daarom moeten ze Hem ook blijven loven. We verwaarlozen Hem als we Hem hier niet voor danken. En bovendien is het verplicht dat je Hem dankt want hij zorgde voor de bevrijding wanneer er geen sprankeltje hoop meer was. Het volk werd bevrijd als een lam uit de tanden van een jaagbeest. Met andere woorden God heeft hen niet als prooi gegeven aan hen. Het jaagbeest kan hier direct uit verstaan dat zij niet de leiding hebben, maar God die kracht heeft over hen en beslist wat er gebeurt en alles kan doen keren. Waardoor het jaagbeest hopelijk ook mag beseffen dat als hij eten kreeg en een prooi, het dankzij God was. Ze werden bevrijd als een vogel, uit de strik van een vogelvanger. De vijand kan soms zeer subtiel te werk gaan op een hatelijke manier: ze leggen vallen voor God’s volk, zodat ze zouden vervallen in zonde en moeilijkheden, en zodat ze hen daar ook kunnen houden. Denk maar aan drugs, alcohol, seks, … hetgeen iemand tot verslaving kan drijven. Het ziet er soms naar uit dat ze deze mensen die ze gevangen hebben dat deze inderdaad helemaal zijn afgevallen. Kijk maar naar sommige drugsverslaafden die alles doen om aan drugs te komen, hier alles voor over hebben. Ze komen in een val te zitten en zijn zo onmachteloos als een kleine vogel gevangen in een vogelstrik. Echter op dat moment, als iederen het al heeft opgegeven en geen enkele vriend nog in de buurt is, grijpt God in en verlost Hij hen van zijn vijanden. En niet alleen bevrijd Hij hen, hij zorgt er ook nog voor dat de vijand met een mond vol tanden staan en laat ze in volle dwaasheid achter. Zo komt het dat een drugsverslaafde bijvoorbeeld die helemaal aan de grond is, plots een Goddelijke ontmoeting heeft en van de ene dag op de andere van zijn verslaving af is. Dankzij de kracht en grootte van God die alle situaties ten goede gebruikt om zijn mensen te redden. Dank u Heer!
  2. Vers 8: “Onze hulp is in de Naam van de Heere, Die hemel en aarde gemaakt heeft”. Jou hart en het hart van anderen mogen bemoedigd worden door de trouw die God heeft laten zijn in gevaren. One hulp is in de naam van Here! David heeft ons geleerd om afhankelijk te zijn van God voor hulp aan onze persoonlijke noden alsook de noden van het ganse volk. Het is een troostende gedachte aan allen die hun geloof en verlangen in de God van Israël leggen dat dit ook de God is die de wereld heeft gemaakt. En daardoor zullen er ook kerken blijven in deze wereld van Hem, en deze kerken zullen overleven tijdens periodes van groot gevaar en chaos. Laat ons daarom ons geloof volledig in Hem leggen, ons vertrouwen in Hem, zodat we steeds gered mogen worden door onze grote God.

Samenvatting

De Heer staat aan uw zijde als mensen u willen verslinden (v1-3), als de omstandigheden u lijken te doen verdrinken (v4-5), en als de satan probeert u te strikken (v6-8).

Gewoonlijk kunnen we de toorn van mensen wel zien, en we kunnen het voelen aankomen als de omstandigheden ons dreigen te overweldigen. Maar de strikken van de satan zouden ons kunnen vangen als we niet voorzichtig zijn. Door zijn dood, opstanding en hemelvaart heeft Jezus Christus ons niet alleen bevrijd van de strikken, maar Hij heeft de strikken verbroken, en ze zullen ons nooit meer vangen tenzij we dat toelaten.

We zijn zo vrij als een vogel, dus gebruik uw vleugels van geloof en leef in de hemelse gewesten!

Psalm 121 – De Heer zal je Beschermen

Bijbeltekst

Een Pelgrimslied.

God is uw Helper

1: Ik sla mijn ogen op naar de bergen, van waar komt mijn hulp?

2: Mijn hulp komt van de HEER die hemel en aarde gemaakt heeft.

God is uw Bewaarder

3: Hij zal je voet niet laten wankelen, hij zal niet sluimeren, je wachter.

4: Nee, hij sluimert niet, hij slaapt niet, de wachter van Israël.

5: De HEER is je wachter, de HEER is de schaduw aan je rechterhand:

6: overdag kan de zon je niet steken, bij nacht de maan je niet schaden.

7: De HEER behoedt je voor alle kwaad, hij waakt over je leven,

8: de HEER houdt de wacht over je gaan en je komen van nu tot in eeuwigheid.

The Message

1-2: I look up to the mountains; does my strength come from mountains? No, my strength comes from God, who made heaven, and earth, and mountains.

3-4: He won’t let you stumble, your Guardian God won’t fall asleep. Not on your life! Israel’s Guardian will never doze or sleep.

5-6: God’s your Guardian, right at your side to protect you – Shielding you from sunstroke, sheltering you from moonstroke.

7-8: God guards you from every evil, he guards your very life. He guards you when you leave and when you retrun, he guards you now, he guards you always.

Uitleg

Sommigen noemen deze psalm de “soldaten” psalm. Ze denken dat deze psalm is geschreven in één van de leger kampen wanneer David zijn leven riskeerde op de hoogvlakten in het veld, en hij God vertrouwde over zijn leven in de dag van de strijd.

Anderen noemen het een “pelgrim” psalm (omdat er eigenlijk niets echt wijst naar specifieke leger gevaren). Ze denken dat hij het schreef als hij op stap ging als gebed, lied voor alles wat hij mij nam en voor goed geschelschap op zijn reis (zowel het lied om te ondersteunen psychish, alsook wie hij zou tegenkomen).

Maar eigenlijk maakt het niet zoveel uit, waar of voor welke specifiek doel het misschien geschreven was in Davids hoofd. Waar we ook zijn, thuis of op reis, we worden voortdurend blootgesteld aan gevaren, zelfs aan meer gevaar dan we soms denken. Deze psalm verwijst ons en bemoedigd ons om ons vertrouwen te leggen in de trouw van God, en om in geloof on zijn bescherming te gaan staan en ons door Hem te laten verzorgen. En dit moeten we met volle overtuiging en voldoening ook doen en zingen voor de HEER in deze psalm.

David verzekerd zichzelf van de hulp van God (v1-2). Hij verzekert ook anderen van deze hulp (v3-8). Een lied in stijgende graad.

Deze psalm leert ons het volgende.

  1. Om bij God te blijven omdat hij een God van kracht is en een God die in alles voorziet. David deed dit in zijn leven en zag het voordeel ervan om zo te leven. We moeten ons volledig vertrouwen niet stellen op andere wezens, mensen of materiële zaken. Zo kan je vers 1 lezen “Ik sla mijn ogen op naar de bergen, van waar komt mijn hulp?” Zal ik afhankelijk moeten zijn van de kracht van de aarde, de sterkte van bergen, van prinsen, van mensen, die zoals de bergen de aarde vervullen. Er komt geen hulp van die berg. De hulp komt van God, God alleen. In hem kan je vol vertrouwen scheppen. We moeten onze ogen boven de bergen richten, we moeten voorbij het materiele op aarde kijken naar God, die deze zaken gemaakt heeft, die deze berg gemaakt heeft. Vers 2: Mijn hulp komt van de HEER die hemel en aarde gemaakt heeft.
  2. We moeten al onze hulp in God zijn handen leggen. We moeten het leggen in zijn macht en goedheid, zijn voorzienigheid en genade; en van hem mogen we verwachten dat het komt: “Mijn hulp komt van de Heer, de hulp die ik nodig heb zal van hem komen en ik verwacht dat die zal komen op Zijn manier en Zijn tijd. Als Hij niet kan helpen, dan kan niemand anders helpen. Als hij wel kan helpen, dan kan niemand hem tegenhouden.”
  1. We moeten de hulp van God halen, door geloof in zijn beloften en door op gepaste wijze rekening te houden met al zijn instellingen: zijn kerk, zijn gemeente. We moeten vertrouwen putten uit God omdat hij diegene is die hemel en aarde gemaakt heeft. Iemand die dit gemaakt heeft, kan ook alle andere dingen doen. Hij maakt de wereld vanuit het niets, Hij alleen, door gewoon te spreken. Hij heeft de kracht om al onze problemen en zorgen te overstijgen. Hij die hemel en aarde maakte is dan ook de Heer over allen die deze aarde bewonen en kan ons dus van hem maken zoals hij wil dat het volk geholpen wordt. Echter kan hij zich er ook van af houden en op afstand blijven als Hij niet blij is met wat ze doen. Hij is een rechtvaardige God.
  2. We mogen troost zoeken bij God wanneer onze moeilijkheden en gevaren het grootst zijn. In deze psalm staat vermeld dat als we vertrouwen in God stellen, en ons op zijn pad houden in ons doen, we altijd veilig zullen zijn onder zijn bescherming. Het echte kwaad zal ons niet kunnen vatten. De beproevingen die we tegen komen is voor ons goed want Hij weet dat ze goed zijn voor ons. ( Vers 3 )
  3. God zelf is onze beschermer: de Heer is je wachter (vers 5). Welke opdracht Hij aan zijn engelen ook geeft omtrent Zijn volk, hij laat je niet los en blijft verantwoordelijk en uiteindelijke beschermer. Of elke persoon nu een engel als zijn beschermer heeft of niet, we zijn er zeker van zijn dat we God zelf als beschermer hebben. Het is de oneindige wijsheid en de oneindige kracht van God die werkt, en de veiligheid brengt aan hen die zich onder God hebben gesteld. Deze wijsheid en kracht moeten goed worden bewaard ook. En als je onder verdrukking komt of gevangen genomen wordt, dan zal Hij zorgen dat deze kracht en wijsheid bewaard blijven.
  4. Vers 4: God is de wachter van Israël. Als hij de wachter is van Israël dan zal hij ook de wachter zijn van jou (vers5: De HERE is uw bewaarder). De herder van de kudde, is ook herder van elke schaap en zal zich over elk schaap ontfermen, zelfs over de aller kleinsten. God is een wakkere bewaarder “Hij sluimert noch slaapt” (vers 4). Hij sliep nooit en zal nooit slapen, want Hij is nooit moe. Niet alleen slaapt Hij niet, maar Hij sluimert ook niet. Hij blijft over je waken.
    Slapende Goden: In Egyptische of Ugaritische literatuur komt het vaak voor dat goden slapen. In 1 Koningen 18:27 wordt door Elia de opmerking gemaakt dat Baäl misschien slaapt. In deze psalm wordt benadrukt dat de God van Israël niet slaapt.
  5. God is niet enkel de bewaker van zijn kudde, maar hij verkwikt hen ook. Hij is hun schaduw. Vers6: “De zon zal u des daags niet steken, …”. Hij staat zo dicht bij jou als een schaduw steeds bij jou is. Niet ver en zeer nabij. Hen berschermde van de schroeiende hitte, zoals de schaduw van een grote rots over een vermoeid land. Onder die rots kan je schuilen in vreugde en zekerheid. Hij is dus steeds nabij bij zijn volk voor hun bescherming en verkwikking. Hij is de bewaker en de schaduw op hun hand, zodat hij nooit ver te zoeken is. Vers5: “De HERE is uw schaduw aan uw rechterhand.” De rechterhand is de werkende hand; ga daarom aan het werk en je zal zien dat God naast jou klaar staat om je te helpen en je succes te geven.
  6. De HEER zal je beschermen tegen alle kwaadaardige invloeden van de hemellichamen . Vers 6: “De zon zal u des daags niet steken, nog de maan des nachts.” De zon zal jullie niet verbranden door de hitte van de dag. De maan zal jullie geen kwaad doen door haar koude en vochtigheid in de nacht. De zon en de maan zijn een grote zegen voor de mensheid, echter door onze zonde in de schepping, doen deze hemellichamen ook pijn aan mensen. Echter zal God er voor zorgen dat ze Zijn volk nooit zullen kwaad doen. Hij zal hun bewaren overdag als ’s nachts, net zoals hij Israël in de woestijn beschermde door een wolk overdag en een warme vlam gedurende de nacht. Je kan het vers 6 ook lezen dat je door de Heer zal beschermt worden tegen de vijanden die overdag je met velen willen aanvallen. Maar ook ’s nachts zal Hij bescherming bieden tegen de sluwe geheime aanvallen in de koude van de nacht op het volk.
  7. De bescherming van God zal je veilig houden tegen alles. Zelfs tegen het volgende dat vermeld staat in vers 7: “De HERE zal u bewaren voor alle kwaad, Hij zal uw ziel bewaren.” Hij zal je dus beschermen tegen alle kwaad: al het kwaad dat er ook maar bestaat in de wereld. Hij zal het kwade tegenhouden om jou kwaad te doen. Zelfs hetgene dat dood doet, zal geen pijn doen.
  8. Vers 7: “… Hij zal uw ziel bewaren.” God zal zich ook ontfermen over je geestelijke leven en zal zelfs jou ziel beschermen en bewaren. Alle zielen zijn van hem. En de ziel is de mens, en daarom zal hij met veel zorg zich over je ontfermen zodat ze beschermt blijven tegen zonde en krachtig blijven tijden beproevingen. Hij zal ervoor zorgen dat ze niet voor eeuwig vergaan.
  9. God zal ons beschermen in al onze wegen. Vers 8: “De HERE zal uw uitgang en uw ingang bewaren vanaf nu aan tot in eeuwigheid.” Je zal onder zijn bescherming staan in al je reizen en wandels, zowel als je weg gaat uit je huis, land als dat je er naar terugkeert. Net zoals hij Israël beschermde in de woestijn. Hij zal u voorspoedig maken in al uw zaken in binnen- en buitenland, in het begin en bij de afsluiting van deze zaken. Hij zal je bewaren zowel in het leven als bij de dood. Als je naar buiten gaat en het leven in stapt als dat je terug thuis komt na je dood. Hij zal bij je zijn als je gaat werken en als je terugkomt. En boven al zal hij dit doen van nu al aan tot in eeuwigheid. Hij is altijd bij jou en zal zich altijd over je ontfermen. “Hij zal je gids zijn tijdens je dood, hij zal je bewaren in je graf en je doen schuilen in de hemel. Hij zal je bewaren in zijn hemelse rijk. God zal zijn kerk en mensen voor eeuwig beschermen, zelfs tot aan het einde van de wereld. De Geest, die hun behoeder en trooster is, zal voor altijd bij hen blijven.

Zie zijn Grootheid

Zorg ervoor dat u uw ogen hoog genoeg opslaat, zodat u door het geloof de grote God ziet die voor u zorgt.

Als de zaken op aarde te groot voor u lijken om te kunnen hanteren, sla uw ogen dan op tot God.

God is Mijn Helper

Veel mannen vinden het moeilijk om aan anderen hulp te vragen. Ze lossen het liever zelf op. Dat past beter bij het klassieke rolpatroon. Toch is het goed dat er op veel terreinen hulp is. Maar weinig mannen zijn tenslotte “van alle markten thuis.”

De dichter van de deze psalm heeft ook hulp nodig, maar zijn nood gaat verder dan aarse problemen. Hij heeft hulp nodig voor lichaam en ziel, in moeite en verdriet, in verzoeking en verleiding, in nood en gevaar. Op elk gebied is vallen mogelijk.

Daarom richt hij zijn blik naar boven, naar de bergen van Kanaän. In geloof belijdt hij dan dat zijn hulp niet van de bergen komt, maar van de Schepper van hemel en aarde. God zal met hem gaan, aan zijn rechterhand, dag en nacht.

Deze bekende psalm wil ons leren om elke dag te zeggen, en misschien wel een paar keer te herhalen in de auto naar je werk: de HEERE is mijn Bewaarder, de schaduw aan mijn rechterhand.

Met de psalmdichter mag je weten: wie op God vertrouwt, zal door Hem bewaard worden. Van nu aan tot in eeuwigheid.

De Pelgrimsweg

Vertrouw op wat betrouwbaar is in je leven:

  • God
  • Gods woord
  • Wij moeten betrouwbaar iemand zijn voor anderen.

Vertrouw niet op iets wat onbetrouwbaar is. Wantrouwen is geschonden vertrouwen (zie psalm 120).